Algemene criteria
Leergeld Noord Veluwe LGNV hanteert de volgende criteria, die zijn gebaseerd op de algemene criteria van Leergeld Nederland. De bedragen worden jaarlijks vastgesteld.
- Aanvrager woont binnen de grenzen van de betreffende gemeente; kinderen waarvoor een aanvraag wordt ingediend zijn inwonend bij de aanvrager. Het kind is tussen de 4 en 18 jaar oud.
- Aanvrager kan geen gebruik maken van voorliggende voorzieningen van Rijk en/of Gemeente of deze zijn niet toereikend voor de aangevraagde activiteit.
- De ouders hebben geen financiële mogelijkheden dit zelf te bekostigen, omdat hun inkomen te laag is en/of de vaste lasten en verplichtingen te hoog zijn om nog genoeg leefgeld over te houden.
- Het besteedbaar gezinsinkomen is niet hoger dan 120% van het minimuminkomen voor de gemeenten Hattem en Heerde en voor de gemeente Epe niet hoger dan 130%. In overleg met de gemeente kan hiervan worden afgeweken. Het besteedbaar inkomen is de som van het netto maandloon of uitkering, eventueel van meerdere lonen of uitkeringen, plus heffingskortingen en eventueel te ontvangen alimentatie. Als schulden aantoonbaar leiden tot een maandelijkse inhouding op loon of uitkering of maandelijkse betaling aan een bank of uit te betalen alimentatie worden die inhouding(en) in mindering gebracht. Bij de berekening van het besteedbaar inkomen worden kindertoeslag, zorgtoeslag, huurtoeslag en vakantiegeld niet meegeteld; anderzijds wordt ook geen rekening gehouden met de hoogte van de huur en kosten van de zorgverzekering. Wanneer er andere buitensporig hoge maandelijkse lasten zijn die het besteedbare inkomen verlagen wordt de aanvraag aan het bestuur voorgelegd.
- De activiteit of voorziening waarvoor ondersteuning wordt gevraagd moet bijdragen aan de educatieve, sociale, sportieve of emotionele ontwikkeling van het kind. Voor aanvragen m.b.t. school is van belang dat kinderen onderwijs kunnen volgen volgens de gebruikelijke Nederlandse maatstaven van deze tijd. Dit houdt in dat er geld moet zijn voor schooltassen en andere hulpmiddelen. LGNV vergoedt geen kosten voor schoolreisjes of reiskosten voor school.
- Het kind dreigt in een isolement te belanden op het gebied van sociaal leven, sport of culturele vorming.
- Als een kind al aan een sport- of culturele activiteit deelneemt en er wordt een tweede activiteit aangevraagd dan wordt deze niet gehonoreerd omdat er dan geen sprake is van sociale uitsluiting. Zwemlessen worden wel naast een andere activiteit vergoed.
- Voor kinderen in pleeggezinnen kunnen onder dezelfde voorwaarden aanvragen worden ingediend als voor “normale” gezinnen.
N.B. In overleg met de betreffende gemeente kunnen de criteria worden verruimd; bijv. de leeftijdsgrens.
Bij de beoordeling van de aanvragen wordt vooral gekeken naar de gevolgen van de armoede voor het kind. De oorzaak van de armoede is bij de beoordeling van minder belang. Hoewel de ouders aanvragen, beschouwen we de kinderen als onze klanten. Hun ontwikkelingsmogelijkheden vergroten en garanderen is ons doel.
Wijze van ondersteuning.
In het algemeen wordt de ondersteuning verleend in de vorm van een toekenning voor een activiteit, voorziening, kleding etc. In principe betaalt LGNV altijd aan de organisatie die de voorziening levert, bijv. de club voor het lidmaatschap, de muziekschool voor muzieklessen etc. – niet aan de aanvrager zelf. Een uitzondering kan worden gemaakt voor sportkleding; na toekenning kan de aanvrager worden verzocht om deze zelf aan te schaffen tot het toegekende maximum en de kosten voor te schieten. De kosten kunnen dan achteraf bij Leergeld worden gedeclareerd met aankoopbewijs of rekeningafschrift, waarna terugbetaling volgt. Met andere leveranciers maakt de afdeling afspraken over facturering en betaling.
Ondersteunde doelen.
In principe geldt dat één activiteit per kind per (school-) jaar wordt toegekend, maar aanvragen voor zwemles, fiets, computer en of schoolreis vallen hierbuiten. Daarvoor kunnen parallel aanvragen gedaan worden en dan gelden aparte maximum bedragen. Voor zover andere maxima gelden, zijn die hierna vermeld.
Buitenschoolse activiteiten:
B1. Aanvragen
voor sport, cultuur, sociale activiteit e.d.
Hiertoe behoren de contributies van sportverenigingen, sportlessen,
groepsfitness en groepsgebonden lessen op cultureel gebied, (muziek, dans etc.).
B2. Vergoeding van attributen, sportkleding, schoenen.
Voor attributen die nodig zijn voor het uitoefenen van een
activiteit (kleding, schoenen, muziekinstrumenten, rackets, helmen, enz.) is een
bijdrage mogelijk.
Hiervoor kan 1 x per twee jaar een aanvraag worden ingediend, voor schoenen een
keer per jaar. De bijdrage wordt alleen verstrekt als het kind actief lid is,
niet in een eventuele proefperiode.
B3. Aanvragen m.b.t. kampen voor kinderen:
Een scoutingkamp, voetbalkamp, zomerkamp of een buitenschools kamp (een kamp is een uitje van meer dan 2 dagen onder begeleiding) kan per jaar per kind in principe worden vergoed tot een maximaal bedrag. Hiermee is het mogelijk dat kinderen naast de sport die ze vergoed krijgen ook nog op zomerkamp kunnen gaan of als ze op scouting zitten met scoutingkamp mee te gaan.
B4. Zwemles diploma A.
Een eenmalige maximumvergoeding per kind is mogelijk. Per gemeente/zwembad kunnen andere afspraken worden gemaakt. Vergoeding geldt voor kinderen vanaf 6 jaar.
Schoolse activiteiten
S1. Overblijfkosten school
De reden waarom kinderen moeten overblijven moet in de aanvraag duidelijk zijn vermeld en ook waarom cliënt dit niet kan bekostigen en in hoeverre de Sociale Dienst of school mee kan/moet betalen.
S2. School- of ouderbijdragen
Worden in principe niet vergoed. School- en ouderbijdragen zijn vrijwillige bijdragen voor bv.introductiekampen, excursies, reizen, Sinterklaas- en Kerstvieringen, extra lesaanbod etc. Ouders zijn niet verplicht deze (vrijwillige)bijdrage te betalen en kinderen mogen niet worden buitengesloten door de school omdat de ouders niet betaald hebben. Er wordt altijd gecontroleerd of de school zich hieraan houdt en zo niet, dan wordt dat besproken met de school.
Wordt een aanvraag toch gehonoreerd, dan geldt er een maximum bedrag per jaar voor kinderen in het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs.
Materiële zaken
M1. Fietsen
Een aanvraag voor een fiets wordt door LGNV toegekend indien de afstand tot de school of tot de activiteit waarvoor een aanvraag is toegekend niet is te belopen. De intermediairs screenen kritisch of de kinderen de fiets echt nodig hebben. Kinderen komen in aanmerking voor een fiets vanaf groep 7 van het basisonderwijs. LGNV kent alleen tweedehands fietsen toe; de fietsen worden in principe op leenbasis verstrekt. Na drie jaar kan desgewenst een nieuwe aanvraag voor een fiets worden ingediend. De coördinator maakt afspraken met leveranciers in de regio over de levering van goede tweedehands fietsen.
Voor de vervanging van een gestolen fiets kan opnieuw een fiets wordt aangevraagd. Dan moet er eerst een proces-verbaal worden overgelegd.
M2. Computers of laptops
Een aanvraag voor computers wordt alleen toegekend aan scholieren in het voortgezet onderwijs. De intermediairs screenen kritisch of er niet al een computer in het gezin beschikbaar is.
LGNV verstrekt zelf alleen tweedehands computers; deze computers
worden centraal ingekocht door LGNV en uit voorraad geleverd. De computers
worden in principe op leenbasis verstrekt. Voor de aanvraag moet het
Aanvraagformulier computer zijn ingevuld en ondertekend door de aanvrager. Na
aflevering/installatie kan er geen aanspraak meer worden gemaakt op
vergoedingen van cartridges, steun bij storingen, onderhoud, enz. LGNV vergoedt
ook geen internetaansluiting.
Indien de school de computer kan leveren of regelen heeft dit de voorkeur.
M3. Benzinekostenvergoeding
Hiertoe kan, aanvullend aan een activiteit, besloten worden wanneer een bepaalde vakantie- of kampactiviteit wordt vergoed en ouders geen middelen hebben om het kind naar de activiteit toe te brengen. Er is een maximum bedrag per km.
M4. Identiteitskaart.
Een aanvraag voor een vergoeding van de kosten voor de aanschaf van een identiteitskaart past niet binnen de doelstelling van LGNV.